
LEGAL 100
“Probeer elkaar altijd te spreken (desnoods telefonisch) in plaats van alles schriftelijk of per email af te doen.”
Jeroen Bos - partner Simmons & Simmons LLP - Michaëla Ulrici - partner NautaDutilh N.V
-
Jeroen Bos - partner Simmons & Simmons LLP - Michaëla Ulrici - partner NautaDutilh N.V -
“Blijf nieuwsgierig, verdiep je niet alleen in je cliënt maar ook in andere transactie-partijen.”
Promontoria
Hoge Raad 10 juli 2020, ECLI:NL:HR:2020:1276
Bij het adviseren over transacties in de financiële wereld loop je elke dag tegen vragen aan. Vaak vloeien die vragen voort uit (nieuwe) wet-of regelgeving of komen ze op omdat financiële producten nieuw of nog maar net in Nederland beschikbaar zijn. Even regelmatig buigen we ons over vragen die de kern van het burgerlijk recht raken en tijdloos zijn. In de Promontoria arresten beantwoordt de Hoge Raad een aantal fundamentele vragen. Voor (ons) juristen in de financierings-praktijk zijn dit sleutelarresten, omdat deze vragen alleen niet spelen bij de overdracht van leningsportefeuilles door banken, maar ook bij allerlei andere financieringstransacties zoals securitisations en covered bonds.
Na de kredietcrisis hebben veel banken, in binnen- en buitenland, leningportefeuilles die onvoldoende rendeerden of niet langer in de strategie van de bank pasten, verkocht.
Zo ook VanLanschotKempen die zakelijke vastgoedleningen verkocht. Een aantal debiteuren van deze leningen betwistte, onder meer, de geldigheid van zowel de contractsovername als de cessie van de vorderingen aan de koper Promontoria. De rechtbank Amsterdam legde een aantal prejudiciële vragen voor aan de Hoge Raad.
De eerste prejudiciële vraag was een “alles of niets” vraag: verzet de aard van een vorderingsrecht van een bank op een leningnemer zich tegen overdracht aan een niet-bank? De Hoge Raad is duidelijk: een vordering uit een leningsovereenkomst met een bank kan wèl overgedragen worden. Dat een koper van vorderingen de bevoegdheden die verbonden zijn aan vorderingsrechten anders zal uitoefenen dan de overdragende bank maakt dit niet anders. Dit is wat ons betreft het enige juiste antwoord.
“Blijf nieuwsgierig, verdiep je niet alleen in je cliënt maar ook in andere transactie-partijen.”
De Hoge Raad gaat vervolgens in op de vraag of op de overnemende partij bepaalde zorgplichten komen te rusten en, zo ja, hoe die zorgplichten zich dan verhouden tot de zorgplicht die op een verkopende bank rust. De Hoge Raad oordeelt dat (zorg)plichten bij een cessie niet overgaan op de overnemende partij. Deze blijven op de overdragende bank rusten. Echter, zorgplichten van de bank kunnen wel degelijk van invloed zijn op de relatie tussen de overnemende partij en de kredietnemer. Zo kan de zorgplicht de inhoud van de vordering nader bepalen, waardoor aan het vorderingsrecht beperkingen kleven. Ook kan de debiteur jegens de koper dezelfde verweermiddelen inroepen als die hij voor de cessie had op de overdragende partij. Tenslotte wordt de relatie tussen de overnemende partij en de debiteur door redelijkheid en billijkheid beheerst. Als gevolg daarvan zal de overnemende partij haar gedrag (mogelijk) moeten laten bepalen door de gerechtvaardigde belangen van de kredietemer. De Hoge Raad werkt dit verder uit aan de hand van een voorbeeld over uitoefening van het renteherzieningsrecht. Daarmee gaat de Hoge Raad er kennelijk van uit dat dit recht overgaat op de koper, hetgeen ook een vraag was waarover bij cessie onzekerheid heerste.
De verhandelbaarheid van vorderingen uit een kredietovereenkomst is essentieel voor de
financieringsmarkt en niet alleen voor banken of andere kredietverstrekkers. Mochten dergelijke vorderingen niet overdraagbaar zijn, dan zou de financierbaarheid van de kredietverlening drastisch verminderd worden en zou het aantal hypotheekleninggevers kunnen dalen (en daarmee de concurrentie bij consumentenkredietverlening). Daarnaast geven de arresten (meer) duidelijkheid over de overgang van nevenrechten. De praktijk gaat er overigens van uit dat hetgeen is overwogen voor cessie eveneens geldt bij pandrechten. Kortom, de arresten hebben onzekerheid weggenomen rond de overdracht van leningportefeuilles. De arresten waren in lijn met de visie van de rechtspraktijk op deze punten, maar geven toch comfort aan portefeuilleoverdrachten en financieringstransacties in brede zin.
Er blijven altijd nog vragen onbeantwoord, zoals welke rechten een kredietnemer heeft tegenover de overdragende partij indien de overnemende partij zich niet gedraagt in lijn met de op de bank rustende zorgplicht en hoe de bank de op haar rustende zorgplicht invult. Het adviseren over voor de praktijk belangrijke kwesties, die (nog) niet uitgekristalliseerd zijn, houdt ons vak niet alleen interessant en uitdagend, maar is ook een goede aanleiding om met elkaar van gedachten te wisselen.
“Probeer elkaar altijd te spreken (desnoods telefonisch) in plaats van alles schriftelijk of per email af te doen.”